Queensrÿche – Q2K

Queensrÿche – Q2K

Jaar van release: 1999

Label: Atlantic Records

De Duitse filosoof Hans-Georg Gadamer stelt in zijn magnum opus Wahrheit und Methode (1960) dat in een werkelijk gesprek tussen twee mensen, beide personen met een veranderde visie zullen eindigen. Om je gesprekspartner goed te willen begrijpen is de goede wil echter een vereiste, omdat een mens anders in zijn eigen horizon (visie) blijft steken. Stel je een verhitte discussie voor tussen een verstokte liberaal en een militante communist, waarbij beide personen hun eigen standpunten en visies verkondigen zonder zich te willen verplaatsen in het standpunt van de ander. Het resultaat is een hinderlijk over en weer gooien van statements, zonder dat er een verandering in de sprekers ontstaat. Zouden beide personen hun vooroordelen opzij zetten en luisteren naar wat de andere spreker te zeggen heeft en hierdoor hun eigen visie op een bepaalde manier veranderen, dan zou iets ontstaan wat Gadamer horizonversmelting noemt. De verandering begint op het moment dat jij het punt van een ander vanuit zijn visie begrijpt en er hierdoor een verrijking ontstaat in jouw mening: slechts dan heeft een gesprek echt zin gehad.

Dit is een nogal bombastisch begin voor een recensie, maar het voorbeeld is noodzakelijk om de discussie over Q2K in een bepaalde context te zetten. Samen met bijvoorbeeld Megadeth’s Risk, Virgin Steele’s Life Among The Ruins, Kreator’s Endorama en Metallica’s Load en Reload staat het album voor velen voor een vaarwel aan een muziekstijl waar zij zo van houden en het is daarom ook niet gek dat het zoveel kritiek over zich heen heeft gekregen. Laat me eerlijk zijn: ik begrijp de frustraties, maar heb het idee dat veel mensen ook weinig goede wil hebben om het album te begrijpen.

In het geval van Q2K is er niets meer te vinden van de heerlijke progressieve US power metal die Queensrÿche op klassiekers als The Warning, Operation: Mindcrime en Empire speelde. Geen hoge uithalen, geen twinsolo’s, geen maatschappijkritische teksten en een groot gemis aan Chris DeGarmo: deze zaken zorgden voor een complete vervreemding van deze eens zo grootse Amerikaanse band. De nieuwe stijl (die overigens met DeGarmo op Hear In The Now Frontier al begonnen was) klinkt weinig ‘metal’ en neigt meer naar het grunge genre, dat rond 1999 qua populariteit ook al afnemende was.

In de voetnoten van de heruitgave uit 2006 stelt Geoff Tate, dat als hij vandaag de dag terugluistert naar Q2K, hij een band hoort die hard bezig was zichzelf muzikaal te herdefiniëren in een zeer stressvolle tijd. De band kreeg namelijk met het vertrek van Chris namelijk een zware klap te verduren, terwijl het ook financieel gezien een stuk minder ging. Ondanks deze zaken is hij trots op wat Queensrÿche in deze zware periode bereikt heeft. Het kostte me even wat moeite, maar ik begrijp wat hij bedoelt en beluister het album nu heel anders dan ik eerst deed. Q2K bevat namelijk een aantal zeer sterke rocksongs die er zeker mogen zijn.

Opener Falling Down heeft bijvoorbeeld een heerlijke groove en een zeer aanstekelijk refrein, terwijl When The Rain Comes… een uitstekend emotioneel en toch krachtig nummer is. Breakdown heeft daarnaast een fantastische brug, waar we weer een glimp van de oude, melodieuzere Queensrÿche kunnen horen. Qua solo’s zijn er dan wel geen prachtige duo lead-partijen zoals vroeger te horen, maar de bluesy solo’s die er bijvoorbeeld op Liquid Sky of The Right Side Of My Mind te horen zijn, passen uitstekend bij de rauwe songs. Dit rauwe karakter bereikt men niet alleen met de ietwat simpele songstructuren, maar ook door de uitstekende productie en mix. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het jaren ’90 Rush album Test For Echo met een zwaar basgeluid, een zompige en volle gitaarsound en een basic drumgeluid.

Toch moet ik toegeven dat het album naar mijn mening met One Life en het in 2006 bijgevoegde Until There Was You ook enkele behoorlijk inspiratieloze rocksongs bevat. Als alle nummers op Q2K zo hadden geklonken, dan had ik er waarschijnlijk ook totaal niet van kunnen genieten, nu zijn de nummers slechts een kleine smet op een verder verbazingwekkend fris klinkend album. Tate klonk nergens op Hear In The Now Frontier zo gepassioneerd als hier op When The Rain Comes…, terwijl de songs zelf veel compacter en beter geschreven klinken dan op de voorganger het geval was.

Er is in het recenseren geen absolute waarheid over wat goede muziek is, er zijn slechts subjectieve uitspraken die we ontlenen aan heersende cultuur- en tijdsgebonden visies die door de jaren heen veranderen. Als ik zeg dat een album goed is, stel ik in feite dat ik het gerecenseerde album volgens de maatstaven van mijn horizon een status geef, die overeen zou moeten komen met wat andere mensen uit mijn directe omgeving (in dit geval de metalcultuur) goed zouden vinden. Ik zeg hiermee niet dat iedereen het album goed moet vinden, maar ik heb wel een lichte hoop dat men de discussie met Q2K opnieuw aan wil gaan.

Plaats het album eens buiten het progressieve metalvertoog en bekijk het nu, zo’n elf jaar na dato eens anders. Zijn de nummers op zichzelf echt zo slecht, of slechts in verhouding tot andere nummers? Zingt Tate vals of uitgeblust? Is de productie dan niet lekker stevig? Is het slecht, of was het gewoon een verkeerd album in een tijd dat we er niet op zaten te wachten? Nogmaals, ik verwacht niet dat iedereen het met me eens is, maar ik hoop wel deze recensie uiteindelijk tot een goed gesprek tussen lezer, schrijver en muzikant kan leiden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Ondersteund door WordPress | Thema: Baskerville 2 door Anders Noren.

Omhoog ↑